De bevalling
De bevalling is een gebeurtenis die spreekt tot ieders verbeelding: iedereen heeft er wel ideeën over. De meeste vrouwen ontdekken tijdens de bevalling dat het niet is zoals ze dachten dat het zou zijn. Bereid je voor op het “niet weten” en probeer er het beste van te maken. Een goede voorbereiding is belangrijk!
- Begin zo fit mogelijk aan de bevalling; door in beweging te blijven en gezond en gevarieerd te blijven eten.
- Neem de tijd en de moeite om tijdens je zwangerschap te ontdekken (en ook te oefenen !) wat je nodig hebt om het beste te kunnen ontspannen. Je kunt je aanmelden voor de de Ella cursus om je goed voor te bereiden op jouw bevalling.
De laatste weken voor de bevalling
In de laatste weken van de zwangerschap hebben de meeste vrouwen ‘last van hun buik’. Dat wil zeggen dat de ene vrouw een zeurderig gevoel heeft, de ander een stekende pijn, weer een ander harde buiken. Wij noemen dit ‘rommelen’.
Dit rommelen is zeker niet voor niets. Het draagt bij aan de verweking en verzachting van de baarmoedermond. Het hoofdje van de baby gaat verder indalen en de baarmoederspier gaat oefenen voor de bevalling. Dit wordt als pijnlijk ervaren. Pijnen die met een regelmaat van tien tot vijftien minuten terugkomen, zakken vaak weer af.
In de ‘rommelperiode’ zijn de pijnen meestal op hetzelfde niveau. Na een paar uur zakken de pijnen weer af. Deze pijnen zorgen er niet voor dat de baarmoedermond opengaat, daarvoor zijn weeën nodig. Slijmverlies soms samen met een beetje bloedverlies duidt op het verlies van de slijmprop. Het is een teken dat er voorbereidingen plaatsvinden aan de baarmoedermond. Het voorspelt niet wanneer je gaat bevallen. Er zijn vrouwen die af en toe iets van de slijmprop verliezen en anderen die nooit iets van de slijmprop verliezen.
Een opvallend verschil tussen de rommelperiode en de weeën is, dat bij weeën de pijnen steeds sterker worden. De weeën komen steeds sneller terug en de weeën duren steeds langer voordat ze weer afzakken, tot ruim een minuut per wee. En de weeën komen steeds hoger in de baarmoeder totdat uiteindelijk de hele baarmoeder mee doet.
De meeste vrouwen beginnen de bevalling met weeën en bij slechts 10% begint de bevalling met het verlies van vruchtwater (breken van de vliezen). De meeste vrouwen hebben tijdens de weeën vooral pijn in hun buik. Soms zijn er ook vrouwen die de weeën in de rug of in de benen voelen. Een normale uitgerekende periode is vanaf 37 weken tot en met 42 weken zwangerschap.
Ella heeft op haar Youtube kanaal een video met informatie over de bevalling en wanneer te bellen. Bekijk hem hier
Vijf fasen van de bevalling
1. Beginfase bevalling
In de beginfase van de ontsluiting (de eerste vier centimeters), komen de weeën regelmatig, ongeveer elke vijf minuten. De weeën zijn nog niet echt krachtig en duren niet erg lang. Deze weeën zorgen ervoor dat de baarmoedermond zo zacht wordt als boter en de vorm van de baarmoedermond veranderd. De baarmoedermond heeft altijd de vorm van een “tuitje”. In deze fase verdwijnt deze vorm en wordt de baarmoeder mond “plat”. Hierna kan de baarmoedermond pas opengaan: ontsluiting.
Het verschil van geen pijn naar regelmatig pijn is voor jou een groot verschil. In het begin van deze fase is er nog geen ontsluiting meetbaar en wordt uw geduld op de proef gesteld. Zo ook het vertrouwen in jouw lichaam en het baringsproces.
2. Middenfase bevalling
In de middenfase van de ontsluiting (van vier tot acht centimeters) worden de weeën steeds sterker en daar staat tegenover dat er een grotere opening van de baarmoedermond komt (ontsluiting). De weeën komen meestal iedere twee tot drie minuten en houden één minuut aan. Je vraagt je misschien af hoe lang dit allemaal nog gaat duren. Je bent bezig je grenzen voortdurend te verleggen want, al terugkijkend op het verloop van de bevalling tot nu toe, kun je meer verdragen dan je wellicht dacht. Na vijf centimeters kun je aftellen en dat ga je ook zeker doen. Meestal gaat de bevalling sneller na vijf centimeters.
Warm water wordt al eeuwen gebruikt tijdens de bevalling en wellicht dat je dit in deze fase ook gaat proberen (douche of bad)
3. Laatste fase bevalling
In de laatste fase van de ontsluiting komen de weeën nog korter op elkaar en zijn heel sterk. Je moet alles toelaten om de weeën zijn werk te laten doen. Volledige concentratie op bijvoorbeeld je ademhaling kan jou hierbij goed helpen. In dit stadium van de bevalling ben je minder aanspreekbaar, omdat jouw lichaam natuurlijke pijnstillers aanmaakt (endorfines). Desondanks wordt deze fase als zwaar ervaren. Intussen voel je ook goed aan dat de geboorte van je baby niet lang meer kan duren. Ergens in deze fase krijgt je drukgevoel, van onderen, tijdens een gedeelte van de wee. De baby komt met zijn hoofdje aanmerkelijk dieper en helpt mee om de laatste drie centimeters van de baarmoedermond open te duwen. Dit is de overgangsfase naar de persweeën toe. Hoe snel deze fase zal verlopen is afhankelijk van hoe snel de baby dieper komt.
Er kan nu wat ruimer bloedverlies optreden, omdat de baarmoedermond maximaal openstaat. Het is belangrijk om te wachten op goede persdrang. Wanneer je nog geen gebruik zou hebben gemaakt van warm water dan ga je dit beslist doen in deze laatste fase waarin je, misschien, wanhopig kan gaan voelen. Wij zullen je bijstaan en je hier doorheen loodsen.
4. Laatste fase bevalling – Uitdrijving
De fase van de uitdrijving (=het persen) vormt het laatste deel van de bevalling voordat de baby geboren wordt. Bij een eerste kind duurt het persen gemiddeld een uur. Bij een tweede of volgend kindje gemiddeld vijftien minuten. Soms heb je al een groot drukgevoel op je onderkant en op je darmen. Je kunt ook al volledige ontsluiting hebben maar nog geen persdrang. Het is belangrijk om te wachten op goede persdrang, omdat dan de baarmoeder helpt om de baby ermee uit te duwen. Persen op eigen kracht kan, maar gaat veel moeizamer. Het loont om het geduld te bewaren om op goede persdrang te wachten. Wij maken vaak gebruik van de baarkruk en het bad tijdens het persen. Wij hebben gezamelijk heel duidelijk hetzelfde doel: zo snel mogelijk de baby geboren laten worden en wij volgen je in de baringshouding, waarin jij in staat bent om zo goed mogelijk mee te persen.
5. Laatste fase bevalling – Loslating
De fase van de loslating (geboorte) van de moederkoek (placenta) behoort eveneens tot de bevalling. Deze loslating van de moederkoek vindt plaats in het eerste uur na de geboorte van de baby. Enkele (na)weeën zijn nodig om de moederkoek geboren te laten worden. Iedereen ervaart het als een opluchting als ook de moederkoek “geboren” is.
De eerste weken na de bevalling
Het is een proces van veel emoties, Je baby leren kennen, het verwerken en herstellen van je bevalling en je richten op de nabije toekomst.
Tegelijkertijd kosten voeden, onrustige nachten en bezoek ontvangen veel energie. Het is heel normaal dat je je af en toe geen raad weet. Wij adviseren je om zo veel mogelijk rust te nemen en weinig bezoek te ontvangen in de eerste dagen van je kraamtijd. Het is belangrijk om eerst samen aan de nieuwe situatie te wennen en je gevoelens te uiten.
De kraamverzorgende en de verloskundige zullen je tijdens dit proces begeleiden en de tijd nemen om op jouw vragen en verhaal in te gaan. Twijfel je na een tijdje of al jouw emoties wel normaal zijn? Zit je niet lekker in vel? Dan kun je ons altijd hierover bellen. Misschien dat wij je kunnen helpen met coaching en eventueel kunnen wij je gericht verwijzen naar een andere hulpverlener.
De band tussen ouder en baby
De band tussen jou en je baby is gericht op het verkrijgen en behouden van troost en nabijheid van de ouder op momenten van angst, spanning of verdriet. Dit begint al voor de geboorte en ontwikkelt zich verder in de loop van jaren, waarbij de eerste drie jaren het belangrijkst zijn.
Eerst gaat het om de aanvaarding van de zwangerschap, hierna om het voelen bewegen van de baby. Je voelt een afzonderlijk mensje met wie je een relatie kunt opbouwen. Het is het begin van een relatie.
Heb je vragen over dit thema, vind je het moeilijk om contact te maken met je baby of herken je een van de volgende thema’s? Je kunt dit rustig met ons bespreken op het spreekuur.
- Kan ik mijn baby wel verzorgen?
- Kan ik van mijn baby houden en mijn baby gelukkig maken?
- Heb ik voldoende sociale steun om voor mijn baby te zorgen?
- Kan ik mijn identiteit aanpassen aan de nieuwe moederrol?
- Hoe kan ik mijn baby leren kennen?
- Hoe reageert de baby op prikkels?
Binding begint ook met de gedachten en de fantasieën die ouders over hun baby hebben. Gezondheid kan je opsplitsen in twee soorten: de lichamelijke en de psychische gezondheid. Deze twee soorten gezondheid zijn beide belangrijk en beïnvloeden elkaar.
Graag wijzen we je ook op de app Bewust Zwanger van Babykennis. Het doel van de app is om hechting tijdens de zwangerschap te bevorderen en stellen voor te bereiden op het ouderschap.
bekijk hier meer en download de app!